Algemene informatie
Titel: Geronimo
Auteur: Leon de Winter
Uitgeverij: De Bezige Bij
Uitgegeven: 2015
Plaats: Amsterdam
Aantal pagina’s: 368
Oorspronkelijke taal: Nederlands
Genre: Psychologische roman
Thema: Liefde, terreur, armoede
Verfilmd: Nee
De auteur
Leon de Winter (1954) is een veel gelezen schrijver, ook onder scholieren. Hij schreef al zo'n twintig boeken en is gedurende zijn schrijverscarrière steeds toegankelijker gaan schrijven. Daarbij speelt ook een van zijn andere geliefkoosde bezigheden, films maken, een grote rol. De Winter weet wat er nodig is om een verhaal vlot en spannend te vertellen en heeft ook geen moeite om goede dialogen te schrijven. Vandaar dat boeken als God's Gym, Het recht op terugkeer (N3) en zeker ook De ruimte van Sokolov nog steeds veel gelezen worden.
Behalve schrijver is Leon de Winter columnist en is hij regelmatig te gast in talkshows, vooral als het onderwerp het conflict in Israël is. Maar ook over onderwerpen dicht bij huis heeft hij vaak een mening, waarbij opvalt dat hij het regelmatig opneemt voor mensen die door de publieke opinie vooral negatief benaderd worden. Zo steunde hij openlijk de beroemde advocaat Bram Moskowicz, die vanwege slechte financiële administratie geen advocaat meer mag zijn, en schreef hij over Badr Hari, de vechtsporter die veroordeeld is voor meerdere mishandelingen, dat hij een 'parel van de natie' zou kunnen zijn. Natuurlijk leverden deze meningen hem veel kritiek op, waar hij zich doorgaans niets van aan trekt. In zijn romans, overigens, is De Winter nooit zo ongenuanceerd - zo zegt hij zelf.
Gebruikte bron:https://nl.wikipedia.org/wiki/Leon_de_Winter
Korte samenvatting
Jabbar is een arme Pakistaanse jongen die geen geld heeft om twee protheses te kopen voor het meisje op wie hij in stilte verliefd is: een invalide bedelaresje met ogen die de hemel en de hel hebben gezien. Bovendien heeft Jabbar dringend behoefte aan een nieuwe fietsband. Om aan geld te komen probeert hij het oude krukje te verkopen dat hij uit het huis van de gedode Osama bin Laden heeft meegenomen - onwetend van het feit dat hij daarmee de loop van de geschiedenis een cruciaal zetje geeft. In Geronimo lezen we hoe een groep Navy Seals de wereld misleidt over het lot van de man die de tot nu toe grootste terreurdaad van de eenentwintigste eeuw op zijn geweten heeft. In duizelingwekkende vaart neemt Leon de Winter de lezer mee in een verhaal dat op vele continenten speelt en met elk hoofdstuk een verrassende wending neemt. Intussen speelt hij met de vraag of de officiële versie van de dood van Osama bin Laden de enige waarschijnlijke is. Geronimo is De Winters meest gewaagde roman, een dans op het hoge koord van de verbeelding.
Recensie 1
De Winter jongleert met de hele wereld
Door Arjen Peters
Zo krankzinnig dat het de werkelijkheid benadert
RECENSIE Het is allemaal te veel, te erg, te sentimenteel. Maar ook zó krankzinnig dat Leon de Winter met Geronimo de werkelijkheid benadert.
Het zag er uit als een jongensachtig avonturenboek, VSV (2012) van Leon de Winter, met in Amsterdam zowel een terroristische aanslag als een kaping plus een gijzeling door Marokkaanse moslim-extremisten. Opgeteld daarbij kwam de ludieke vondst van bekende Nederlanders die in dit onnederlandse pandemonium min of meer zichzelf leken te spelen: burgemeester Job Cohen, de gedode filmmaker Theo van Gogh als zwaarlijvige engel, de nog net gevierde advocaat Bram Moszkowicz die al een rol in de politiek kreeg toebedeeld, en de vertederende tomeloze schrijver Leon de Winter.
Niet iedereen was gecharmeerd van het spektakelstuk. Voor de critici is er slecht nieuws: De Winter gaat een stapje verder. In Geronimo jongleert hij met de hele wereld. Wellicht geïnspireerd door het maffe feit dat de wereld nooit een foto heeft gezien van de Saoedi-Arabische sjeik Osama bin Laden nadat hij op 2 mei 2011 in het Pakistaanse Abbottabad was vermoord, ontvouwt De Winter een alternatief scenario dat alleen hij kan bedenken.
Inbegrepen een spectaculaire persoonsverwisseling (de man die in Pakistan werd doodgeschoten, was een ander dan Bin Laden), en een Joodse CIA-veteraan die zijn dochtertje heeft verloren dat in een van de forensentreinen zat die op 11 maart 2004 in Madrid werden getroffen door een terroristische aanslag. Reden waarom de Amerikaan op Tochtersuche gaat.
Voorts hebben we nog de liefde van de Pakistaanse tiener Jabbar voor Apana, het Afghaanse bedelaresje zonder handen en oren dat zó van de Goldberg Variaties van Bach hield dat ze de verwoestende woede van de Taliban opwekte. En vergeten wij niet te noemen de uitgeholde poot van het keukenkrukje van Osama (die in het boek Usama heet, om geen verdenking te wekken?) bin Laden, waar de schurk een usb-stick in heeft verstopt met beelden en informatie die de wereld verbijsterd zouden doen staan.
MIERZOET
Het is allemaal overtrokken en opgeschroefd. Te veel, te erg, te sentimenteel, het is te gek voor woorden. Eerder figureerde Osama bin Laden in de roman Koetsier Herfst (2008) van Charlotte Mutsaers, in de passieve rol van aanbeden poëet. Dit keer zien we hem in actie, en dat is nog veel ongewoner omdat de scènes vervreemdend huiselijk zijn: Bin Laden die zogenaamd onherkenbaar met een sjaal om zijn mond op zijn aftandse brommertje naar de nachtwinkel tuft om daar een pakje Marlboro te kopen - ja hoor, geloof je het zelf.
Op andere momenten is De Winters verhaal dermate tranentrekkend mierzoet dat het moeite kost hierdoor ontroerd te raken: de jongen Jabbar wil geld verdienen, veel geld, zo veel dat hij naar Amerika kan om daar prothesen te kopen voor Apana, opdat ze ooit weer Bach kan spelen - alsjeblieft, zelfs aan sentimentaliteit zit een grens.
In die hoofdstukken lijkt De Winter geïnspireerd door de succesboeken van Khaled Hosseini en diens epigonen: altijd is er ergens oorlog, altijd zijn er kinderen die zo vroeg al hun puurheid dreigen kwijt te raken, en altijd is er poëzie of muziek of een vlieger die de schokkende kwetsuren verzachten moet.
PROVOCERENDE BRAVOURE
Het kán niet wat De Winter doet, hij tart elke wet, maar omdat bij hem Alles Te is, wordt het weer consequent. Hij weet je voortdurend van je stoel te laten vallen, met bijna provocerende bravoure, en laat dat 'bijna' maar weg. Als Telegraaf-columnist kan De Winter irritatie opwekken, omdat hij dan vaak de bezorgde moralist is die blijkbaar graag mee wil doen aan internationale politieke debatten. Als schrijver wil hij met niemand meedoen, hij heeft schijt aan de smaak van de jury's en critici die hun mond vol hebben van de vrijheid van de schrijver en de macht van de verbeelding, maar die hem altijd klein denken te kunnen houden.
Niks klein. De Winter stookt het vuurtje van de verbeelding op tot de pagina's er van vlammen. Die houding maakt hem uniek. Geronimo begint met een telefoongesprek, en daarin noteert De Winter prompt allerhande levensechte onbenulligheden die elke collega-schrijver zou weren: 'V: 'Hé, Tom, ik dacht wel dat je zou bellen rond deze tijd.' T: 'Ja, ik dacht, ik wil je even bellen.' V: 'Ja, leuk. Goed. Ik moet even omschakelen, hoor.' T: 'Was je iets aan het doen?' Prachtig! Zo sukkelig praten wij vaak zelf ook, helaas, met het lulijzer in de hand, tussen oor en mond.
De Winter beschrijft de speech van Barack Obama die de wereld deelgenoot maakt van de vangst van en de moord op Osama, maar dan als een conference, inclusief Obama's onparlementaire gedachten ('Ze hadden de fucker voor zijn kop geschoten'), de ingehouden jubel waarmee hij zijn eigen aandeel in de stunt uitvergroot, en de tevreden terzijdes waarin hij reflecteert op zijn retorische hoogstandjes: 'Dit was de treurige kant, de ellende aangericht door terroristen. Met beelden die niemand onberoerd zouden laten: lege stoel, de omarming die nooit zou plaatsvinden, gapend gat, afnemen. Hij kon schrijven, ja. Nu iets bieden wat de tragedie omdraaide in iets positiefs.' Zó heeft De Winter in 2006 ook voor Ayaan Hirsi Ali speeches geschreven, het kan haast niet anders, en zo zou hij dat nu kunnen doen voor zijn vriend Bram M.
BESTE VERTELLER
Na VSV werd De Winter hier en daar gevraagd om een schepje minder. Het resultaat is dat hij zich nu door niets laat beperken; niet door smaakwetten, landsgrenzen of het benepen realisme uit de Hollandse Nescio-school.
Uitgever De Bezige Bij betitelde zijn auteur in een advertentie onlangs als 'de beste verteller van Nederland', welk compliment er onbedoeld op wijst dat er blijkbaar nog een lange weg te gaan is voordat De Winter het predicaat 'beste schrijver van Nederland' verdient.
Hem komt een uitmiddelpuntige aanprijzing toe. Geen fantasie kan de krankzinnigheid van de werkelijkheid benaderen, maar met dit universum van onwaarachtige complotten, ongehoorde acties en ontelbare schokeffecten komt hij een heel eind. In zijn eentje vormt de bedenker van VSV en Geronimo een buitencategorie, waarvoor een nieuwe overtreffende trap moet worden gemunt.
Leon de Winter is de lefste schrijver van Nederland.
Recensie 2
Leon de Winter : Geronimo (door Arjen Fortuin)
Door: Arjen Fortuin
Het genot van een goed complot | 24 sep. 2015
Een jaar geleden signaleerde de jury van de Librisprijs de alomtegenwoordigheid van de nonfictie-roman, de roman die zijn bestaansrecht voor een belangrijk deel ontleent aan de rol die de werkelijkheid erin speelt. Als er één Nederlandse schrijver is die zich met zijn volle gewicht op de nonfictie-roman heeft gestort, dan is het Leon de Winter.
Bij VSV (2012) leidde dat tot een boek waarin de dode en levende Bekende Nederlanders (Bram Moszkowicz, Job Cohen, Eva Jinek, Theo van Gogh en Leon de Winter zelf) elkaar duchtig in de weg liepen. Het boek was een soort voortzetting van de columnistiek met andere middelen: steeds leek de schrijver met een provocerend kijk-mij-nu-eens te verwijzen naar de werkelijkheid of zijn opinies. Was De Winter daar werkelijk vergevingsgezind ten opzichte van zijn oude vijand Van Gogh? Zou Job Cohen inderdaad een minnares hebben? Omdat De Winter al jaren geleden de subtiliteit heeft afgezworen en zijn plots laat voortstuwen door kleine complotten en grote gewelddaden, bleef in VSV tenslotte alleen de ijdelheid over.
In zijn nieuwe roman Geronimo exporteert De Winter zijn methode naar de internationale politiek: de titel verwijst naar de codenaam die de Amerikanen gebruikten voor Osama Bin Laden bij de actie die de terroristenleider op 1 mei 2011 het leven kostte. In het boek zien we de Al Qaeda-leider, mild vermomd, ’s nachts op een brommertje door de Pakistaanse stad Abbottabad tuffen, met graagte roken, en een plotselinge affectie opvatten voor een door de Talibaan verminkte bedelares (handen en oren afgesneden). Ook is hij in het bezit van een USB-stick waarmee hij de president van de Verenigde Staten ‘bij de ballen’ meent te hebben. Intussen wordt in de VS de raid op zijn huis voorbereid.
Over de literaire ambities van het boek kunnen we kort zijn. Alles staat ten dienste van de spanning die De Winter aanjaagt met daden van oorlog en terreur, tot er amper nog een hoofdpersoon in leven is. Dubbele trauma’s werken beter dan enkele en dus heeft Tom Johnson, de belangrijkste held, een dochter verloren, maar is hij ook bij een bevrijdingsactie ernstig gewond geraakt én voelt hij zich verantwoordelijk voor de verminking van het hierboven al genoemde meisje.
Whisky
Het boek is gestructureerd naar Bachs Goldbergvariaties (clichématiger krijg je de schoonheid van muziek niet), wat de schrijver voor de zekerheid nog even uitlegt: 32 zangen, waarvan de eerste en laatste identiek zijn.
De Winter blijft een schrijver waarbij je precies leest wat de whisky kost (500 dollar per slok), maar amper hoe die smaakt (‘best lekker’).
Geronimo is het best te verteren als je meegaat in het bizarre genot dat komt kijken bij het verzinnen van een goed complot. Zie een van de scènes aan het begin, wanneer Tom op een Amerikaans barbecuefeest belandt waar de Navy Seals zitten die de aanval op Bin Laden aan het voorbereiden zijn. Subtiel hebben de mannen dan al te horen gekregen dat het officiële doel van de missie weliswaar ‘capture or kill’ is, maar dat het toch echt niet de bedoeling is dat Bin Laden overleeft. Je ziet het feestje voor je: verontwaardiging over die opdracht, speculaties over de achtergrond (wat mag ‘UBL’ niet vertellen?) en over de praktische mogelijkheden. Er moet toch een tunnel zijn? Meer drank! Dan staat er iemand op die alles van Afghaanse tunnelbouwers weet en iedereen blijkt op het strand van Goa dezelfde straatartiest Ben Laden te kennen, waarna een groots complot daagt: het ontvoeren van ‘UBL’ vlak vóór de aanval, zodat een dubbelganger zal worden gedood. Is er nog bier?
Het idee is verleidelijk en heeft de zorgeloosheid van de betere drankavond. En het voordeel van een roman is dat je die dan ook een nuchter vervolg kunt geven. Hoe idioot het plan ook is, het slaagt glansrijk. Zo zien we in Geronimo de onbestaanbare stunt uitgevoerd worden, al weet De Winter zich vervolgens weinig raad met de levende Bin Laden: hij blijkt nog maar weinig passende daden voor hem te kunnen verzinnen. Eigenlijk hoop je dat een levende Al Qaeda-leider voor spectaculaire ontwikkelingen zal zorgen, maar dat komt er niet van. Wat dat betreft heeft Geronimo wel iets van de klassieke verhalen over de vlucht van Hitler naar Argentinië. Het is eigenlijk niet onmogelijk, maar waarom hebben we er vervolgens zo weinig van gemerkt? De charme van deze roman ligt in de krankzinnigheid, die zou je het liefst nog wat verder doorgevoerd willen zien. Daar laat De Winter het echter lopen, zoals ook de inhoud van de mysterieuze USB-stick een forse anticlimax vormt.
Omar Sharif
In plaats daarvan speelt de actie zich vooral rondom ‘Geronimo’ af. Dat levert mooie scènes op, zoals tussen het gehandicapte meisje Apana en de christelijke Pakistaanse jongen Jabbar, die droomt van een bestaan in de VS. De andere verhaallijn is die van ex-CIA’er Tom in de wereld van internationale operaties en geheime diensten, waar hij wordt bijgestaan door zijn oude vrienden Vito en Muhammed Hashimi (een womanizer die sprekend op Omar ‘Lawrence of Arabia’ Sharif lijkt). Het is helemaal de sfeer van de tv-serie Homeland, al waagt De Winter zich (helaas) niet aan de verwarrende wisselende loyaliteiten uit die serie. In Geronimo weet je over het algemeen wat voor vlees je in de kuip hebt: wrede Arabieren, efficiënte Israëliërs en goedhartige christenen die hun ondergang tegemoet sukkelen.
De non-fictie van deze roman zit in de details: De Winter heeft zich vol gezogen met feiten, of het nu over spionage en oorlogsvoering gaat of over de gangbare ijsmerken in Pakistaanse avondwinkels en de verhoudingen tussen verschillende extremistische facties. En uiteindelijk hebben al die feitelijkheden ook invloed op hoe je het boek gaat lezen: meer op zoek naar feitelijke waarheid dan naar literaire verlossing.
Voor je het weet zit je op internet te kijken hoe het ook alweer precies zat met de aanslag op een helikopter waarbij in augustus 2011 een Navy Seals 6 team, van dezelfde divisie die Bin Laden doodde, in Afghanistan omkwam.
En denk je dat het geen toeval kan zijn. Maar wat is er gebeurd? Wraak van Al Qaeda? Een cover up van de CIA? Een nepongeluk, in scène gezet om de terroristen wijs te maken dat de moordenaars van Bin Laden dood zijn? Hoe langer je erover nadenkt, hoe waarschijnlijker het wordt: eigen complot éérst.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten